Waarom kiezen we massaal voor geluksgetallen bij de Staatsloterij? 'Magisch denken stamt uit kinderfase'
In dit artikel:
Bij de aankoop van een Staatslot mogen kopers één of twee eindcijfers kiezen; uit een enquête onder ruim duizend deelnemers aan (of geïnteresseerden in) de Oudejaarsloterij blijkt dat ongeveer twee derde daarvan ook daadwerkelijk een eindcijfer selecteert. Veel keuze is emotioneel of symbolisch: van degenen die zelf een cijfer kiezen, zegt zo’n veertig procent een “geluksgetal” te hebben — vaak een geboortedatum, huisnummer of andere persoonlijke herinnering — in plaats van een rationele motivatie.
Het wereldwijde cijfer 7 is verreweg het populairst (29%), gevolgd door 8 (15%) en 3 (12%); slechts 2% vertrouwt op 0. Het klassieke ongeluksgetal 13 wordt nog steeds genoemd, maar sommige spelers kiezen het juist uit dwarsheid of om het lot te tarten. Vrouwen geven iets vaker dan mannen een nummer met een persoonlijke relatie als aanleiding (17% versus 12%), terwijl mannen bijvoorbeeld ook voetbalrugnummers noemen.
Psychiater Esther van Fenema verklaart het gedrag vanuit “magisch” denken en associatie: positieve ervaringen worden door het brein gemarkeerd via dopamine, waarna een concreet getal als teken van geluk wordt opgeslagen en herkend — ook al is er geen causaal verband. Hoofdredacteur Martin van Geest van MeneerCasino noemt bijgeloof en kansspelen verwant en vindt het opvallend dat veel Nederlanders, die zichzelf als nuchter zien, zich door zulke symboliek laten leiden. Hij merkt op dat 7 net iets populairder is, wat volgens hem een klein effect op winnende kansen kan hebben omdat het veel gekozen wordt.
De reportage illustreert de cijfers met korte anekdotes uit persoonlijke kring: mensen die al jaren hetzelfde eindcijfer nemen vanwege trouwdata, eerder gewonnen prijzen of familiegebruik, en zelfs een psychiater die toegeeft een voorkeur voor een bepaald cijfer te hebben. Conclusie: bij het zoeken naar een miljoenenprijs speelt niet alleen toeval mee, maar ook emotie, persoonlijke herinnering en de behoefte aan controle.