UMCG staakt protonentherapie bij patiënten met specifieke hersentumor. 'We nemen dit uiterst serieus'

In dit artikel:

Het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) heeft de protonentherapie bij patiënten met graad 3-glioom voorlopig stopgezet, nadat een voorlopige Nederlandse analyse onverwacht slechtere overlevingscijfers liet zien bij deze groep. Ook de andere Nederlandse protonencentra in Delft en Maastricht behandelen sinds juli geen patiënten met dit specifieke soort hersentumor meer.

Radiologen vergeleken 117 patiënten met graad 3-glioom; een deel kreeg klassieke fotonenbestraling, een ander deel protonentherapie. Na vijf jaar was 83,9% van de fotonengroep in leven, tegen 59,6% van de protonengroep. Deze uitkomst heeft aanleiding gegeven tot het stilleggen van protonenbestralingen bij deze tumorsoort en tot nader onderzoek.

Het UMCG benadrukt dat het nog onduidelijk is of het lagere overlevingspercentage daadwerkelijk aan de protonentherapie zelf ligt. Woordvoerder Lex Kloosterman waarschuwt voor mogelijke andere verklaringen binnen de patiëntengroepen en zegt dat die verschillen nu nader worden onderzocht: "Dat is wat de komende periode verder uitgezocht wordt." Het ziekenhuis neemt de voorlopige bevindingen serieus en wil ze zorgvuldig toetsen voordat definitieve conclusies worden getrokken.

Behandelingen met protonen bij andere kankersoorten in het UMCG, zoals borstkanker, longkanker, zaadbalkanker en andere hersentumoren, lopen door. Volgens het centrum stemmen de resultaten voor veel andere indicaties overeen met de verwachtingen of zijn zelfs beter, en er zijn geen signalen dat protonentherapie daar slechter presteert.

Protonentherapie, mogelijk gemaakt sinds 2018 in Groningen en later ook in Delft en Maastricht, gebruikt geladen deeltjes die met een cyclotron worden versneld om zeer gericht tumoren te bestralen en zo schade aan gezond weefsel te beperken. De huidige maatregel beperkt zich tot graad 3-glioom totdat vervolgonderzoek duidelijkheid biedt.