Toch subsidie provincie voor Fries Landbouwmuseum en Museum Hindeloopen
In dit artikel:
Gedeputeerde Sijbe Knol maakte dinsdagmiddag in Harlingen bekend dat het Fries Landbouwmuseum en Museum Hindeloopen alsnog provinciale subsidie krijgen voor de periode 2026–2028. Beide instellingen ontvangen de aangevraagde bedragen: het Landbouwmuseum krijgt 759.000 euro en Museum Hindeloopen 210.000 euro voor de komende drie jaar.
Aanvankelijk vielen beide musea buiten de nieuwe regeling omdat het beschikbare budget van bijna 5,2 miljoen euro vrijwel volledig was besteed aan vijf andere instellingen: Museum Drachten, Belvédère (Oranjewoud), Martena (Franeker), het Fries Scheepvaartmuseum (Sneek) en het Fries Natuurhistorisch Museum (Leeuwarden). Met nog 228.000 euro over stonden het Landbouwmuseum en Hindeloopen gelijk op de gedeelde zesde plaats. De adviescommissie weigerde vervolgens een knoop door te hakken en stelde in plaats daarvan voor het budget te verhogen naar 5,9 miljoen euro zodat beide aanvragen gehonoreerd konden worden, mede omdat beide musea de kwaliteit de laatste jaren sterk verbeterd hebben. Gedeputeerde Staten volgden dat advies.
Directeuren van beide musea reageerden opgelucht en zien de subsidie als erkenning en een steun in de rug voor hun regionale ambities. Het Fries Museum en het Planetarium in Franeker waren al verzekerd van provinciale bijdrage en hoefden niet in te dienen. De Friese Staten behandelen beide culturele subsidieregelingen op 17 september; er wordt nog volop gelobbyd, onder meer door leerlingen van jeugdtheaterschool Meeuw die protesteren tegen het wegvallen van subsidie.