Thierry Oussou (37) hoopt Prix de Rome te winnen met 20 ton katoen en eerbetoon aan arbeiders: 'Denken aan hardwerkende mensen'

In dit artikel:

Thierry Oussou heeft 20 ton katoen vanuit Benin naar Amsterdam laten overbrengen en presenteert de balen, verpakt in groen plastic, als een sobere sculptuur in het Stedelijk Museum. De kunstenaar — zelf beheerder van vier hectare katoenvelden — koppelt het object aan tekeningen die hij maakte na gesprekken met medewerkers van het Amsterdamse GVB; zijn doel is een eerbetoon aan de arbeidersklasse en het oproepen van aandacht voor hardwerkende mensen.

Oussou is een van de vier finalisten voor de Prix de Rome, de oudste Nederlandse kunstprijs die in 1806 werd ingesteld. Tegenwoordig gaat de prijs niet meer gepaard met een reis naar Rome; de winnaar ontvangt 60.000 euro naar eigen besteding, zo licht Eelco van Lingen van de Mondriaanstichting toe. Oussou wil zijn project liefst ook in plaatsen als Liverpool en de VS tonen — en denkt zelfs aan een kledinglabel van zijn katoen — als manier om historische verbanden te herschrijven en kunst naar de straat te brengen.

De andere drie kanshebbers bieden heel uiteenlopende projecten. Kevin Osepa toont een grootschalige video-installatie, Lusgarda, die fungeert als requiem voor de Ocho Dia — de traditionele achtdaagse rouwpraktijk in het Caribisch gebied — en reflecteert op het verdwijnen van dat ritueel. Buhlebezwe Siwani, afkomstig uit Zuid‑Afrika, voert met een immense rood‑wit‑blauwe vlag met Jan van Riebeeck en een meerluikige video-installatie een confrontatie met het gebrek aan kennis en het ongemak onder Zuid‑Afrikanen over hun pijnlijke koloniale geschiedenis. Fiona Lutjenhuis uit Zevenaar verwerkt haar jeugd in een sekte in een intieme installatie: beschilderde draaideuren rondom een zelfgemaakt poppenhuis, bedoeld om magisch denken en het loslaten van zwart‑wit-oordelen te stimuleren.

De winnaar van de Prix de Rome wordt op woensdag 17 december bekendgemaakt in het Stedelijk Museum Amsterdam.