Schakers en schilders brengen elkaar tot leven in Museum Belvédère

woensdag, 17 december 2025 (14:43) - Friesch Dagblad

In dit artikel:

Zaterdag 20 december organiseert Museum Belvédère in Oranjewoud een bijzonder schaakevenement: zestien kunstenaars spelen een zevenrondig sneltoernooi (Zwitsers, 15 minuten per speler). Tegelijkertijd is er een tentoonstelling met bijzondere en iconische schaakspellen en aan schaken gerelateerde kunstwerken, open voor bezoekers met een entreeticket; de opening van het toernooi is om 11:30 door Jeroen van den Berg van het Max Euwe Centrum.

Curator en museumdirecteur Han Steenbruggen heeft de zalen ingericht rond een selectie avant‑gardistische schaakontwerpen. Hoogtepunt is een gelimiteerde replica van Josef Hartwigs Bauhaus‑schaakspel (1923), waarin vorm consequent functie weerspiegelt: toren, loper en paard zijn abstract vormgegeven zodat hun bewegingspatroon zichtbaar wordt. Een replica van Man Ray’s 1926‑spel toont geometrische Euclidische vormen (kubus, bol, kegel, piramide), met het paard als een gestileerde vioolkrul geïnspireerd op de Fibonacci‑spiralen. Ook is er een schaakspel van Vilmos Huszár uit 1921 — verbonden aan De Stijl en de Dada‑tournee — waarvan het museum de enige bewaarde houten versie in vaste bruikleen heeft; dit spel moest voor het toernooi wel even correct op het bord worden gezet nadat bleek dat het verkeerd was gepresenteerd.

Het Max Euwe Centrum leverde een persoonlijk historisch object: het originele schaakbord waarmee Max Euwe in 1935 wereldkampioen werd, met de slotstelling van die beslissende partij op het bord. Het contrast tussen dat eenvoudige, met tape en handgeschreven coördinaten bewerkte bord en de strakke avant‑gardesets maakt de tentoonstelling zichtbaar en narratief aantrekkelijk. Andere bijdragen zijn schaakspellen van beeldend kunstenaar Marcel Prins, schilderijen met schaakmotieven (onder meer vier portretten van Garry Kasparov door Jochem Hamstra) en tijdelijke presentaties zoals boekomslagen van Jaap Jungcurt en Karel Beunis.

Steenbruggen legt uit dat het project begon als een informeel idee van hem en voormalig directeur Thom Mercuur: een schaaktoernooi voor kunstenaars gekoppeld aan een expositie. De opzet is deels performatief — de spelers worden als levende kunstwerken tussen de zalen geplaatst — en beoogt schilderijen en objecten op een nieuwe manier te laten spreken. Een groter plan met nog meer iconische sets (onder meer het surrealistische spel van Max Ernst) bleef deels onuitgevoerd, maar blijft een mogelijkheid voor later.

De tentoonstelling en het toernooi zijn tot stand gekomen in samenwerking met het Max Euwe Centrum, oud‑hoofdredacteur Allard Hoogland, schaakcollecteur Hans Overgoor, Schaakclub Heerenveen en Chess Festival Groningen. Bezoekers kunnen de partijen volgen en de expositie bekijken; het evenement benadrukt de kruisbestuiving tussen beeldende kunst en schaakcultuur, van functioneel design tot persoonlijke en historische verhalen rond het spel.