Protest tegen snijden in belastingvoordeel bij pensioenopbouw: 'Overheid heeft beloofd niet te bezuinigen'
In dit artikel:
Een doorrekening van verkiezingsprogramma’s door het Centraal Planbureau laat zien dat meerdere partijen de zogenoemde aftoppingsgrens voor belastingvrije pensioenopbouw willen verlagen. Partijen die daarin snijden zijn onder meer JA21, D66, Volt, GL/PvdA, ChristenUnie, NSC en SGP; D66 en NSC noemen expliciet ongeveer €105.000 als nieuwe grens. De opbrengst voor de schatkist varieert per voorstel van circa €2 miljard tot meer dan €6 miljard (bij JA21).
Waarom dit matter: werkgevers en werknemers mogen nu pensioenpremies belastingvrij opzijzetten tot een maximumloon (€137.800). Een lagere aftoppingsgrens betekent dat hogere inkomens over een deel van hun loon geen pensioenopbouw meer kunnen doen met die fiscale faciliteit, waardoor hun toekomstige pensioenuitkering daalt. Ter illustratie: bij een pensioenopbouw van circa 20% zou een verlaging van de grens met ongeveer €35.000 betekenen dat jaarlijks zo’n €7.000 aan pensioenpremie niet meer aftrekbaar is — en die gemiste opbouw telt flink mee op lange termijn.
Reacties uit de polder zijn fel. Vakbond FNV noemt de plannen „op z’n zachtst gezegd niet blij”, omdat het ingaat tegen toezeggingen uit het Pensioenakkoord om niet op het stelsel te bezuinigen. Ook de Federatie van Beroepsorganisaties in de zorg (FBZ) waarschuwt dat zorgmedewerkers met hogere inkomens al te maken hebben gehad met verlies van pensioenopbouw en dat verdere beperkingen hun pensioen verder uithollen.
Economische en arbeidsrechtelijke consequenties: het kabinet zou belastinginkomsten naar voren halen — die nu pas bij uitkering worden geheven — waardoor er meteen extra opbrengsten zijn. Verlies van fiscale ruimte voor pensioenopbouw moet volgens pensioenadviseurs worden gecompenseerd in andere arbeidsvoorwaarden; cao-partijen zullen daarover moeten onderhandelen. Historisch precedent is de introductie van het maximum pensioengevend salaris in 2015, toen veel werkgevers de compensatie in salarissen omzetten, wat ook nu een reëel scenario is.
Kortom: politieke voorstellen om de aftoppingsgrens te verlagen brengen extra belastingopbrengsten, maar treffen vooral hogere inkomens door lagere pensioenopbouw. Dat stuit op verzet van vakbonden en sectororganisaties en vraagt om compensatieregelingen tussen sociale partners om te voorkomen dat werknemers met een hoger salaris later op een veel lager pensioen uitkomen.