Moeder documaker Frénk van der Linden stierf aan gevolgen alzheimer: 'Mij herkende ze niet meer, wel de muziek van Herman van Veen'
In dit artikel:
Journalist Frénk van der Linden maakte de documentaire Het muziekmedicijn over de kracht van muziek bij dementie, geïnspireerd door de ziekte van zijn eigen moeder Erica. Zij kreeg op relatief jonge leeftijd alzheimer (67) en verloor in ongeveer zes jaar steeds meer haar identiteit: ze kon geen klok meer lezen, herkende haar zoon soms niet meer en eindigde met alleen nog de woorden voor de ziekte zelf. Van der Linden noemt alzheimer de hardste ziekte die hij kent, omdat communicatie en zelfbeslissing langzaam wegvallen.
Toen taal en herinnering faalden, fungeerde muziek als brug. Erica zong tot het laatst haar lievelingslied Suzanne van Herman van Veen mee; Van der Linden beschrijft hoe ze samen dansten en hij haar zo fysiek kon bereiken. Ook in zijn film volgen we andere patiënten uit een onderzoek aan het Amsterdam UMC en uit zangkringen van zorgzangeres Maartje de Lint. Eén hoofdrolspeler, Theo, komt volledig tot leven bij zijn favoriete palingpop-nummer Mooi Volendam; muziek verzacht zijn agressieve uitbarstingen en brengt vertedering bij zijn vrouw Nelly.
Van der Linden filmde drie jaar lang patiënten, maar koos bewust om zijn eigen moeder niet in de uiteindelijke montage te gebruiken. Hoewel hij haar ooit had vastgelegd, vond hij het ongepast haar persoonlijke verhaal als verkoopargument in te zetten; een documentairemaker moet volgens hem een stap terug doen en het grotere verhaal laten spreken. Zijn film zoekt bovendien naar de biologische verklaringen waarvoor onderzoekers bij Amsterdam UMC hun hypothesen testen: waarom blijven muzikale verankeringen bestaan ook als andere herinneringen verdwijnen?
De reportage geeft ook intieme en schrijnende voorbeelden van het ziekteproces: Erica vulde formulieren bij de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde in, maar tekende nooit; toen haar geest te ver verdween was euthanasie niet meer mogelijk. Van der Linden deelt ook familierelaties: hij had jarenlang een moeizame band met zijn moeder nadat zij het gezin verliet, maar herstelde het contact op zijn 23e. Die voorgeschiedenis kleurde hun latere omgang; er bleef veeleer voorzichtigheid dan ongeremde nabijheid.
Kleine, pijnlijke alledaagse gebeurtenissen illustreren de absurditeit van dementie: ringen raakten kwijt, een loodgieter groef de tuin open — met een rekening van 1.100 euro — om ze terug te vinden, terwijl één ring gewoon in een kast bleek te liggen. Voor zichzelf worstelt Van der Linden met de vraag of hij ooit wil weten of hij de ziekte erft; hij volgt daarin de opvatting van neuroloog Philip Scheltens dat je dat alleen zou willen weten als er een effectieve behandeling is. Mocht het hem overkomen, hoopt hij net als bij zijn moeder dat muziek en dans troost bieden — hij weet al welk lied hij zou willen: Who knows where the time goes van Sandy Denny (of het Nederlandse Teder zijn).
De documentaire Het muziekmedicijn wordt donderdag 18 september om 22:00 uur uitgezonden op NPO2.