Met nieuwe slee en Oostenrijkse hulp wil skeletonner Sander de Haan (18) uit Sneek in 2030 naar de Winterspelen
In dit artikel:
Sander de Haan (18) uit Sneek, opgegroeid in Scharnegoutum en nu studerend in Groningen, streeft ernaar om in 2030 aan de Winterspelen deel te nemen als skeletonner. Drie jaar geleden raakte hij tijdens testdagen op Papendal verknocht aan de sport; vanwege zijn lage gewicht kon hij niet in de bobslee, maar skeleton bleek wel haalbaar. Deze winter begint hij zijn vierde wedstrijdseizoen in Lillehammer (Noorwegen) en rijdt hij zowel bij de senioren als in internationale circuits.
Skeleton betekent hoge snelheden (tot circa 130 km/u) op een kleine slee, plat op de buik met het hoofd vooruit — een discipline waarin één verkeerde beweging tot flinke crashes kan leiden. De Haan zoekt juist die kick en is bereid risico’s te nemen om beter te worden. Vorig seizoen behaalde hij een tweede run op een Europa Cup-wedstrijd in Bludenz en deed hij mee aan de Jeugd Olympische Spelen; dit jaar mikt hij naast verbetering in de Europa Cup ook op een top-10-klassering bij het juniorenwereldkampioenschap.
De voorbereiding veranderde dit jaar: de nationale staf focust op World Cups en atleten zonder directe olympische-kansen verloren hun bondsfunding. De Haan moest daarom nieuwe begeleiding en middelen vinden. Hij werkt sinds mei met krachttrainer Dennis Veenker — voormalig olympisch bobsleeër uit Heerenveen — die zijn trainingsaanpak omgooide naar minder frequent maar intensiever werk (zwaardere gewichten en explosiviteitsoefeningen). Dat leverde meteen resultaat: tijdens het trainingskamp verbeterde hij zijn persoonlijke startrecord.
Financiële steun van TalentNEXT en het Berg Talent-fonds maakte de aankoop van een op maat gemaakte slee mogelijk. Volgens De Haan is het nieuwe materieel wezenlijk beter: stabieler en vloeiender dan zijn eerder geleende slee, al vereist het wennen omdat kleine stuurfouten nu sneller gevolgen hebben. Dat heeft al tot enkele crashes geleid, maar hij beschouwt dat als onderdeel van het leerproces.
Een andere belangrijke stap is de samenwerking met de Oostenrijkse bond. Met toestemming van bondscoach Joska Le Conté sluit De Haan sinds de zomer regelmatig aan bij trainingskampen en Europa Cup-activiteiten in Oostenrijk, waar hij welkom werd ontvangen. Hij probeert zijn Duits te verbeteren om in het team beter mee te kunnen trainen, al wordt veel ook in het Engels besproken. Tegelijkertijd benadrukt hij dat intensieve afdalingen zwaar zijn en niet dagelijks kunnen plaatsvinden; kracht- en startsessies doet hij grotendeels in Nederland.
Op de langere termijn is het doel duidelijk: doorstromen naar World Cups en zich via stappen te kwalificeren voor de Olympische Spelen van 2030. Met nieuwe begeleiding, verbeterd materiaal en internationale ervaring denkt De Haan dat hij steeds dichterbij komt.