Lidewijde leert kijker een film te ontrafelen, maar hoe zit het nu met die seks in het schuurtje?

maandag, 15 december 2025 (10:26) - Leeuwarder Courant

In dit artikel:

Lidewijde Paris laat publiek naar films kijken alsof het literaire romans zijn: aandacht voor structuur, symbolen en de keuzes van makers moet kijkers scherp maken voor lagen die anders ongemerkt blijven. Tijdens een nabespreking in filmhuis Slieker in Leeuwarden nam ze na de vertoning van Lynne Ramsays Die My Love het publiek mee in dat leesproces, met een flipover vol vragen als aanzet tot collectieve analyse.

In Die My Love zien we Grace (Jennifer Lawrence), een jonge moeder die na de geboorte van haar kind langzaam wegzinkt in depressie en hallucinaties; de film speelt voortdurend met de scheidslijn tussen werkelijkheid en waan. Na de voorstelling heerste onder de bezoekers vrij algemeen de overtuiging dat een buitenechtelijke ontmoeting in een schuurtje alleen in Grace’ hoofd plaatsvond — een seksuele fantasie. Paris daagt die consensus uit door concrete aanwijzingen te bespreken die wijzen op verbeelding in plaats van realiteit.

Ze wijst bijvoorbeeld op het detail dat Grace’ vingers tijdens de scène met pleisters bedekt zijn door verwondingen na een eerdere inzinking: zo’n klein, consistent attribuut rijmt slecht met het idee van een spontane, lichamelijke ontmoeting. Ook haalt Paris een kinderliedje aan dat in meerdere scènes terugkeert, waarbij kleine klinkerveranderingen telkens dezelfde, repetitieve melodie markeren — een motief voor stilstand en de herhaling waarin Grace gevangen zit. Verder leidt de veelvuldige keuze om Grace vanachter glas te filmen bij luisteraars naar associaties met een “bell jar”, en zo naar Sylvia Plath’s autobiografische werk over depressie; die intertekstuele laag geeft de film extra psychologische resonantie.

Paris ontwikkelde deze manier van werken vanuit haar literaire achtergrond: ze richtte in 2016 De Lees!ambassade op om lezen aantrekkelijk te maken en schreef het boek Hoe lees ik?. Twee jaar later ontwierp ze het nabespreekprogramma ‘Hoe lees ik een film?’ voor Filmhuis Den Haag; inmiddels voert ze die sessies in vijf steden uit. Haar doel is niet alleen om interpretaties op te leggen, maar om kijkers te leren zoeken naar aanwijzingen — in geluid, kadrering, objecten en woordkeuze — waarmee filmmakers hun ideeën vormgeven.

De sessies zijn bewust interactief en soms “klungelig” van opzet: de flipover en tevoren gestelde vragen moeten de kijker alvast in een analytische modus brengen. Dat werkt: waar veel details aanvankelijk onopgemerkt blijven, komen na gezamenlijke ontleding verbanden en betekenislagen naar voren. Bij Die My Love zorgde dat bij het publiek voor nieuwe inzichten en voor heroverweging van eerdere aannames over wat “echt” gebeurde in de film.

De reeks gaat door: de volgende bijeenkomst in Slieker staat gepland op 14 januari en behandelt het Frans-Koreaanse drama Winter in Sokcho. Info en data zijn te vinden via het filmhuis.