Ik stond vast op een prijswinnend station zonder ziel in niemandsland | column Nhung Dam

woensdag, 29 oktober 2025 (12:26) - Leeuwarder Courant

In dit artikel:

De columnist raakt op weg naar Alphen aan den Rijn verdwaald en gestrande op station Lansingerland‑Zoetermeer tijdens de nasleep van storm Benjamin. Door een keten van verkeerde beslissingen — zonder jas vertrekken omdat even de zon doorbrak, bij een overstap in de verkeerde trein stappen en vervolgens bij het eerste station uitstappen — belandt ze op een verlaten, druilerige plek boven de A12. Het station blijkt onherbergzaam: geen zitplaatsen of afdakjes, geen koffie, alleen open beton en harde wind.

Noodzaak en ongemak nemen toe als ze dringend naar het toilet moet en haar vrienden, die haar komen ophalen, anderhalf uur later pas arriveren. Ze zwerft tussen de drie niveaus van het station, zoekt beschutting in een lift en ontmoet er jongeren op scooters die nonchalant aangeven dat zij in dit gebied zijn opgegroeid en de verschillende lagen gebruiken voor bussen, treinen en trams. Uiteindelijk vindt ze haar vrienden en reageert emotioneel bij de ontmoeting.

Thuis zoekt ze het station op en ontdekt dat het juist internationaal wordt geprezen als voorbeeld van moderne spoorarchitectuur. Dat contrast leidde tot verbazing: een architectonisch visitekaartje dat in praktijk onpraktisch, geïsoleerd en zelfs verwaarloosd aanvoelt — liften als urinoirs, bussen die niet kunnen doorrijden. De ervaring eindigt in melancholie: als dit het beeld van vooruitgang is, vraagt ze zich af of we de weg kwijt zijn. Tegen het ongeboren kind fluistert ze dat ze vandaag de toekomst heeft gezien — en die voelde koud.

Kortom: een persoonlijke anekdote die een breder punt maakt over vorm boven functie in modern openbaar vervoer en over het ongemak van een zogenaamd vooruitstrevend ontwerp.