Gemeenten schroeven kosten bouwvergunning op tot wel 43.000 euro. 'Daarmee verergeren ze de wooncrisis'
In dit artikel:
Gemeenten rekenen sterk uiteenlopende bedragen voor bouwvergunningen, soms met verschillen van tienduizenden euro’s, blijkt uit een steekproef van Vereniging Eigen Huis onder 39 gemeenten. Gemiddeld stegen de bouwleges dit jaar met ongeveer 6 procent — bijna twee keer zo veel als de verwachte inflatie voor 2025.
Concrete voorbeelden illustreren de kloof: voor een vrijstaande woning van 300.000 euro vraagt Haarlemmermeer slechts 327 euro aan leges, terwijl Zeist voor hetzelfde werk 17.003 euro in rekening brengt. Bouwen buiten het omgevingsplan kan nog duurder uitpakken: in Ede wordt voor diezelfde woning ruim 43.000 euro gerekend, tegenover 7.245 euro in Haarlemmermeer. Gemiddeld bedragen de vergunningskosten voor een vrijstaand huis van 300.000 euro rond de 6.300 euro; buiten het omgevingsplan is dat gemiddeld circa 10.800 euro. Vergunningen voor een verbouwing (waarde 80.000 euro) stegen naar gemiddeld bijna 3.000 euro, met lokale tarieven variërend van 913 tot 6.355 euro.
Gemeenten mogen de leges zelf vaststellen en moeten kostendekkend werken, maar Vereniging Eigen Huis noemt de berekeningen vaak ondoorzichtig. Directeur Cindy Kremer waarschuwt dat willekeurige hoge leges onnodig de nieuwbouwprijzen opstuwen en bij kunnen dragen aan de verergering van de wooncrisis: "Hiermee ontstaat een situatie van willekeur, dat is niet uit te leggen."
Daarnaast geldt sinds vorig jaar de verplichting om een private kwaliteitsborger in te schakelen, wat naar schatting nog eens 6.000–7.500 euro extra kost. Eigen Huis pleit ervoor dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten duidelijke kaders ontwikkelt voor hoe leges worden berekend, zodat tarieven eerlijker en beter te vergelijken zijn en de druk op de betaalbaarheid van nieuwbouw vermindert.