Dit zijn de belangrijkste conclusies uit de jaarcijfers van SC Heerenveen
In dit artikel:
SC Heerenveen presenteerde dinsdag cijfers waaruit blijkt dat de club financieel stapsgewijs uit het rood klimt. Na een operationeel tekort van 7,1 miljoen euro in boekjaar 2022/23 kwam het tekort over 2024/25 uit op 2,7 miljoen euro; de club wil dit seizoen verder terug naar 2,2 miljoen en mikt uiterlijk in 2028 op een maximaal tekort van 1,5 miljoen euro. Die doelstelling acht Heerenveen beheersbaar omdat transfers structureel inkomsten blijven genereren.
De transfermarkt zorgde voor de belangrijkste inkomsten vorig seizoen. De verkoop van Osame Sahraoui aan Lille bracht ruim 7 miljoen euro op (excl. bonussen); samen met verkopen van onder anderen Simon Olsson en Daniel Karlsbakk resulteerde dat in een netto transferopbrengst van circa 7,5 miljoen euro. Heerenveen investeerde ongeveer 3,2 miljoen euro in nieuwe spelers, maar twee aanwinsten zijn alweer vertrokken. Daarnaast ontving de club – na langdurig traject – 3,1 miljoen euro van Spartak Moskou voor Chidera Ejuke; die betaling was echter al in een vorig boekjaar verwerkt, en er staat nog 255.000 euro aan rente open.
Operationeel steeg de netto-omzet van 20,6 naar 24,2 miljoen euro, geholpen door een hoge stadionbezetting (89%) en een nieuwe tv-geldendaal. Commerciële opbrengsten klommen van 8,3 naar 9,1 miljoen euro. Heerenveen noteerde uiteindelijk een nettowinst van 1 miljoen euro en had voldoende liquiditeit (ongeveer 3 miljoen euro direct beschikbaar). Het spelersbudget ligt nu op iets meer dan 6 miljoen euro aan salarissen.
Algemeen directeur Ferry de Haan benadrukt dat de club na het financieel orde op zaken stellen nu meer wil investeren in de selectie om sportieve ambities waar te maken—onder andere minstens eenmaal Europees voetbal volgens het beleidsplan "Koers Nei Europa". Concurrenten als FC Groningen, NEC en Sparta hebben de afgelopen jaren een relatief groter deel van extra inkomsten in hun selectie gestopt, iets waar Heerenveen nu op wil inhalen.