De duurzaamste vorm van bouwen is het herbestemmen van een bestaand gebouw
In dit artikel:
De Raad voor Cultuur stelt voor om twaalf gebouwen uit de periode 1966–1988 tot rijksmonument te erklären. Het gaat om zogeheten Post65-gebouwen: nazaten van de wederopbouw die in uiteenlopende stijlen als postmodernisme, structuralisme en brutalisme zijn ontworpen. De lijst omvat zowel opvallende voorbeelden van landschapskunst als alledaagse utiliteitsbouw, onder meer de Ecokathedraal van Louis Le Roy in Mildam en het NS-station van Lelystad; ook panden die recent op de knip stonden, zoals het Eemsmondgebouw in Delfzijl en het Centraal Beheer-kantoor in Apeldoorn, staan op de nominatie.
De motivatie is tweeledig. Cultureel gezien vraagt de Raad om een herwaardering van jongere naoorlogse architectuur: ouderdom alleen bepaalt geen waarde, maar erkenning als monument maakt duidelijk dat zulke bouwwerken deel uitmaken van het collectieve erfgoed. Praktisch en duurzaam gezien benadrukt het advies dat gebouwen geen wegwerpartikelen zijn: slopen veroorzaakt materiaalverlies en veel CO2-uitstoot, terwijl behoud, herbestemming of verbouw vaak milieuvriendelijker is. Initiatieven zoals Stichting Mevrouw Meijer, die voormalige scholen transformeert, illustreren hoe hergebruik zowel erfgoed als grondstoffen spaart.
De nieuwe monumentenlijst volgt op eerdere aandacht voor gebouwen uit 1945–1965 en is bedoeld om te voorkomen dat waardevolle post-1965-architectuur onherstelbaar verloren gaat.