De dominee repareert het orgel van de Grote Kerk. Maar houdt het instrument het voor het concert?

dinsdag, 9 september 2025 (21:29) - Friesch Dagblad

In dit artikel:

Predikant Teunard van der Linden moest tijdens Tsjerkepaad op een zaterdagmiddag plots als invaller het orgel van de Grote Kerk in Harlingen bedienen — en even later ook repareren. Tijdens het spelen liet het lage F-pedaal het afweten; de hoofdorganist kon niet terugkomen en adviseerde telefonisch om het euvel zelf te verhelpen. Het instrument, een rijksmonument uit 1776 gebouwd door de familie Hinsz, telt duizenden pijpen en ingewikkelde houten verbindingen over twee verdiepingen, wat de klus aanvankelijk intimiderend maakte.

Geluk en ervaring hielpen: de sleutel voor de orgelkast hing in het trapgat, en het mankement zat toevallig in dezelfde hoek waar van der Linden eerder al eens had geassisteerd. In het halfduister bleek een houten sluitdopje losgeraakt te zijn; dat lag gewoon op de bodem van de kast en kon teruggeschroefd worden. Met die eenvoudige ingreep werkte het pedaal weer, waardoor een dure noodreparatie met voorrijdkosten werd voorkomen en de kerkdienst en het aanstaande concert gevrijwaard bleven.

De ervaring zette de predikant aan het denken over durf, samenwerking en de rol van kleine onderdelen binnen een groter geheel — een metafoor voor de kerkelijke gemeenschap, waar ook het kleinste lid van belang is. De noodreparatie hield stand tijdens het vrijdagavondconcert van organist Jos van der Kooy tijdens de Visserijdagen; hij improviseerde op zeeliederen en speelde onder meer een negentiende-eeuws stuk in F-dur, waarbij het gerepareerde pedaal essentieel bleek.

Uiteindelijk fietste van der Linden opgelucht en bescheiden naar huis: de ingreep was succesvol, het orgel intact en de rol van onverwachte invallers opnieuw bevestigd.